Op de begraafplaats ‘De Meenthof’ zijn enkele symbolische elementen toegepast, die hun oorsprong vinden in de Bijbel.
De meest in het oog springende elementen zijn wel de Alpha en de Omega-tekens, welke zijn aangebracht in de toegangspoort en op de bank aan het einde van het toegangspad.
Daarnaast zijn er twee houten banken geplaatst, elk aan een uiteinde van het kruisende pad.
Toelichting symboliek
In Openbaringen 1: 8 staat: Ik ben de Alpha en de Omega, het Begin en het Einde, zegt de Heere, Die is, en Die was, en Die komen zal, de Almachtige.
De symbolen ‘Alpha’ en ‘Omega’ zijn op deze Woorden gebaseerd en symboliseren de Heere Jezus Christus in Zijn wezen: het Begin en het Einde,
Die eenmaal op de dag der dagen terug zal komen op de wolken.
Hier tegenover staat de mens, zoals beschreven in Psalm 144: 3 en 4:O HEERE! wat is de mens, dat Gij hem kent, het kind des mensen, dat Gij het acht? De mens is der ijdelheid gelijk; zijn dagen zijn als een voorbijgaande schaduw.
Beide onderwerpen komen als symbolen terug op de begraafplaats.
Ik ben de Alfa en de Omega
Het toegangspad symboliseert: ‘Ik ben de Alpha en de Omega’.
Een symbool van God de Heere is altijd beperkend, terwijl God juist in alles onbeperkend is.
Daarom noemt Hij Zichzelf onder andere de Alpha en de Omega. Van alles het Begin en het Einde van alles. Altijd de Eerste en altijd de Laatste.
Aan het begin van het toegangspad staat een poort. Aan het einde van het pad een bank, als beëindiging van het pad. In het hekwerk staat het Alfa-teken, in de bank het Omega-teken. De beuken langs het pad zijn stevige, solide en duurzame bomen, die weinig gevoelig zijn voor negatieve invloeden. Het pad is een rechte weg. De symbolen zijn maar een afgietsel en kunnen nooit volledig op deze woorden toegepast worden.
Wat is de mens?
Het kruisende pad symboliseert: ‘Wat is de mens?’.
Inderdaad: wat is de mens? Niets, enkel ijdelheid, een schaduw. De Bijbel geeft genoeg voorbeelden van wat de mens is. In de vraag ‘Wat is de mens?’ wordt het antwoord dan ook al gegeven.
Het kruisende pad symboliseert daarom de mens met niets, geen symbool. Het pad is minder robuust en is ook omgeven met bomen: berken.
Berken zijn in heel veel het tegenovergestelde van beuken: niet stevig gevormd, niet solide en geen duurzame bomen. Ook in de kromming van het pad kunnen de kromme wegen der mensen gezien worden, tegenover de rechte weg des Heeren.
De banken in het symboliek
Een speciale plaats binnen de symboliek nemen de banken in. Het toegangspad en het kruisende pad worden beëindigd met banken.
Aan beide einden van het kruisende pad staat een houten bank. Hout is vergankelijk; wat is de mens? De bank is heel basic, zonder rugleuning; wat is de mens?
Aan het einde van het toegangspad staat diezelfde bank. Echter om de bank is een rug- en armleuning gemetseld. Hiermee omvangt het de bank. Steen is duurzaam; Ik ben de Alpha en de Omega. Een rugleuning geeft steun. Zo geeft ‘de Alpha en de Omega’ ook steun en is Hij een Toeverlaat (omvanging).
Op de rugleuning is het Omega-teken geplaatst.Het metselwerk van de bank is gelijk aan de kolommen van de toegangspoort. Hierin komt de eenheid naar voren van de Alpha en de Omega.